Er komen veel vragen over ons werk voor NIOO en ons eerder onderzoek naar de waterkwaliteit van de Eem, vandaar dit wat meer diepgravende stukje. Met een duidelijke urgentie, de tijd van praten is voorbij en wel hier om:
Inleiding. De rivier de Eem (Nederland) stroomt via Amersfoort door een deels stedelijk en agrarisch gebied naar het Eemmeer. Volgens de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) moeten uiterlijk in 2027 alle waterlichamen voldoen aan “goede” ecologische en chemische normen. Recente evaluaties laten zien dat Nederland momenteel ver van die doelen afstaat: nog maar 9,4 % van het oppervlaktewater voldoet aan de chemische normen, en geen van de wateren verkeert in een “goede” ecologische toestand. Zonder ingrijpen bij vervuilingsbronnen is het niet haalbaar dat de Eem de KRW-kwaliteitsdoelen bereikt.
De rivier de Eem ter hoogte van Amersfoort, met aan de oevers stedelijke bebouwing. Door gemengde rioleringssystemen en RWZI-afvoer kan vervuild water de rivier instromen.
Vervuilingsbronnen in het Eem-stroomgebied
In het stroomgebied van de Eem bevinden zich meerdere rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) en gemengde rioleringsstelsels (bv. van Baarn/Soest, Amersfoort, Bunschoten). Deze RWZI’s zuiveren veel organisch materiaal, stikstof en fosfaat uit afvalwater, maar laten een deel van de nutriënten en vrijwel alle nieuwe microverontreinigingen (zoals PFAS, medicijnresten, hormonen) in het effluent achter. Bovendien zijn de rioleringen grotendeels gemengd, zodat bij zware neerslag hemelwater en afvalwater samen door het rioolstelsel stromen. Bij extreme buien treedt overstort op: onbewerkt of deels gezuiverd rioolwater stroomt dan direct het oppervlaktewater in. Dergelijke overstortlozingen brengen grote ladingen nutriënten (nitraat, ammonium, fosfaat), zuurstofvreters (organisch materiaal) en schadelijke stoffen (bacteriën, medicijnen, microplastics) in de Eem. Onderzoek toont aan dat intense regenval zulke overstorten kan veroorzaken, waardoor de zuurstofconcentratie in het water daalt en vissterfte kan optreden. Natuur & Milieu concludeert dat riooloverstorten, naast meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen, behoren tot de belangrijkste vervuilingsbronnen van oppervlaktewater.
De RWZI’s zelf (zoals die van Baarn/Soest) dragen ook bij aan de diffuse belasting. Het effluent bevat nog sporen van medicijnen, PFAS, microplastics en nutrienten, die via de rivier worden afgevoerd. Kort gezegd leveren RWZI’s schone, maar niet-schoon genoeg lozingen, terwijl overstorten bij piekvraag onbewerkte afvalstof uitstorten. Beide zorgen er samen voor dat de belasting met fosfaten, nitraat/stikstof en andere microverontreinigingen in de Eem significant blijft.
Schadelijke stoffen (PFAS, nutriënten, medicijnresten, microplastics)
In de Eem (en het ruimer EU-catchment) spelen vooral de volgende verontreinigingen een rol:
- Stikstof en fosfaten (nutriënten). Meststoffen van landbouw en riool effluent bevatten veel nitraat, ammonium en fosfaat. Overtollige nutriënten leiden tot eutrofiëring (overmatige algengroei) en zuurstoftekorten. In veel Nederlandse wateren is door te veel stikstof en fosfor de biologische waterkwaliteit onvoldoende. Ammonium uit onvolledig gezuiverd afvalwater kan bovendien direct giftig zijn voor waterdieren.
- PFAS (zogenoemde ‘forever chemicals’). Dit is een groep zeer persistente en mobiele stoffen die in talloze producten (bijv. coatings, blusschuim) worden gebruikt. PFAS breken praktisch niet af en hopen zich op in biota; sommige zijn kankerverwekkend en hormoonverstorend. In RWZI’s gaat vaak evenveel of meer stabiele PFAS uit als erin komt (veel PFOA, PFOS, etc.), omdat deze stoffen niet afbreken in de zuivering. Waterschapsrapporten benadrukken dat bronaanpak noodzakelijk is om PFAS in water te voorkomen.
- Medicijnresten. Huishoudelijk en industrieel afvalwater bevat talloze farmaceutische stoffen (pijnstillers, anticonceptie, antibiotica, antidepressiva e.d.). Het RIVM meldt dat restanten van medicijnen risico’s kunnen veroorzaken in het milieu: pijnstillers kunnen weefselschade bij vissen aanrichten en anticonceptiemiddelen geslachtsveranderingen (“vervrouwelijking”) bij vissen teweegbrengen. Ook diclofenac (NSAID) is berucht: bij lage concentraties beschadigt het vissenorgaanweefsel. Vallei & Veluwe waarschuwt dat veel geneesmiddelen door RWZI’s nauwelijks worden verwijderd. In de rivier kunnen zulke stoffen de hormoonhuishouding en gedragingen van organismen veranderen.
- Microplastics. Plastic deeltjes (<5 mm) komen via rioollozingen, oppervlakteafstroming (banden, cosmetica, textiel) en afval in de Eem terecht. Microplastics breken nauwelijks af en kunnen na verloop van tijd in voedselketens terechtkomen, waar ze toxicologische effecten hebben. Bij Eeminstroom lozingen bevat vaak nog enkele honderden deeltjes per liter, en na regen tot ~1.500/L. RWZI’s halen 76–99 % van microplastic eruit, maar blijven restfracties lozen. Microplastics kunnen zo door vissen en ongewervelden worden opgenomen, en veroorzaken onder meer gedragsveranderingen en ecologische stress.
Overzichtstabel: Tabel 1 somt per stof de belangrijkste bronnen, effecten en mogelijke maatregelen op.
Stof | Hoofdbronnen | Effecten op waterkwaliteit | Maatregelen |
---|---|---|---|
Stikstof (N) | Mest uit landbouw, RWZI-effluent | Eutrofiëring en zuurstoftekorten; afname biodiversiteit | Minder mestgebruik, bufferstroken, uitgebreide denitrificatie RWZI |
Fosfaat (P) | Mest, RWZI, huishoudelijk (detergent) | Eutrofiëring, blauwalgenbloei | Fosfaatstripping in RWZI, fosfaatarme wasmiddelen |
Medicijnresten | Huishoudens, ziekenhuizen, RWZI | Weefselschade en hormonale verstoring bij vissen | Inzameling/terugname medicijnen, RWZI-nazorg (bijv. actieve kool) |
PFAS | Industrie, consumenten (regen), RWZI | Zeer persistent en bioaccumulerend; (kanker)risico | Bronaanpak (PFAS-vrije producten), actieve kool in RWZI |
Microplastics | Kunststofafval, autobanden, RWZI | Planktonconsumptie, toxisch drager; nadelige effecten op organismen | Filteren in wasmachines/riool, minder plasticgebruik, schoonmaak van oevers |
Gevolgen voor ecologische en chemische waterkwaliteit
De genoemde vervuilende stoffen verstoren de ecologie van de Eem sterk. Te veel stikstof en fosfor in het water leidt tot algenbloei en hoge biochemische zuurstofvraag, waardoor soortenrijkdom afneemt. WRZI-overlozingen veroorzaken acute zuurstofdalingen: zoals vermeld kunnen hevige neerslaggebeurtenissen leiden tot overstort lozingen die zuurstoftekorten en vissterfte veroorzaken. Door de vis- en ongewerveldensterfte verslechtert de ecologische toestand. Mede door deze effecten voldoet de ecologische waterkwaliteit in Nederland in 44 % van de wateren niet aan de KRW-doelstellingen. Chemisch blijven vooral de grenswaarden voor meststoffen en nieuwe microverontreinigingen (PFAS, medicijnrestanten) regelmatig overschreden. Microplastics en farmacologische stoffen hopen zich op in de voedselketen en verlagen de waterkwaliteit bovendien op lange termijn.
De Eem bij Eembrugge toont een relatief natuurlijk landschap, maar ook hier wordt water vervuild met nutriënten en microverontreinigingen. Reeds getransporteerd sediment kan giftige stoffen bevatten.
De lage ecologische toestand heeft ook menselijke consequenties (zwemverboden, schade aan drinkwaterbronnen). Rijkswaterstaat waarschuwt dat intensieve vervuiling bovendien kan leiden tot dure herstelmaatregelen en tot juridische sancties als de KRW-normen niet gehaald worden.
Risico’s niet halen KRW-doelen in 2027
Zonder extra maatregelen valt voor Nederland en dus ook voor de Eem ernstig tekortschieten te verwachten. Een recente tussenevaluatie stelt dat op dit moment slechts ~80 % van de normgrenswaarden wordt gehaald, maar geen enkel oppervlaktewater een volledig “goede toestand” heeft bereikt (one-out-all-out). De landelijke trend is zelfs verslechtering: de Ecologische staat bereikte 0,0 % “goed” in 2023, en slechts 5,2 % van de wateren zal volgens prognoses in 2027 aan de ecologische eisen voldoen. De voornaamste oorzaken zijn de grootschalige chemische vervuiling (bestrijdingsmiddelen, nieuwe microverontreinigingen zoals medicijnresten) en de hoge uitstoot van stikstofverbindingen, ook vanuit de landbouw. Voor de Eem betekent dit dat voortgaande input van nutriënten en problematische stoffen vrijwel zeker leidt tot het overschrijden van KRW-kwaliteitsnormen. Bovendien is herstel van ecologische waterkwaliteit een langzaam proces; uitstel van maatregelen maakt toekomstige verbetering steeds moeilijker en kostbaarder. In het uiterste geval kan het niet halen van de doelen leiden tot Europese sancties of boetes voor Nederland, die via Omgevingswet en provinciaal beleid doorkruiselingsgewijs tot bij waterschappen en gemeenten kunnen terugvallen.
Beleidsopties en aanbevelingen
Technische maatregelen. Om vervuiling terug te dringen zijn meerdere ingrepen nodig:
- Scherming van overstorten: Het afkoppelen van hemelwater en vuilwater vermindert de belasting op het riool, waardoor bij regenbuien minder onbewerkt water overstort. Extra bergings- en retentievoorzieningen (wadi’s, bufferkelders, stuwputten) en regelmatige inspectie/onderhoud van overstortlocaties kunnen lozingen beperken. Ook natuurlijke oeverzones en helofytenfilters langs de Eem vangen nutriënten en verontreinigingen deels af.
- RWZI-nazorg: Het upgraden van de Baarn/Soest-RWZI en andere zuiveringen met geavanceerde technieken (bijvoorbeeld ozonisatie, actieve-koolfiltratie of membraanzuivering) kan medicijnresten, PFAS en microplastics beter verwijderen. Denitrificatie-installaties en extra chemische fosfaatverwijdering zorgen voor lagere stikstof- en fosfaatuitstroom.
- Agrarische bufferzones: Aanleg van bufferstroken en vanggewassen langs de Eem en zijriviertjes kan uitspoeling van landbouwnutriënten reduceren. Slimme bemesting (nutriëntenmanagement) en opslagtanks voor dierlijke mest voorkomen directe afspoeling.
Gedragsmaatregelen. Naast technische ingrepen is verandering in gedrag en beleid essentieel:
- Gebruikersbewustzijn: Burgers en bedrijven dienen bewust om te gaan met medicijn- en chemieafval (teruggave van niet-gebruikte medicijnen, geen spoeling van chemicaliën). Microplastics kunnen worden beperkt door over te schakelen op textiel en materialen die minder slijten, en het stimuleren van hergebruik.
- Landbouwpraktijken: Boeren moeten worden gestimuleerd om mestprecisie toe te passen en ammoniak- en nitraatemissies te verkleinen (Bijv. door gesloten opslagsystemen, scheiden van bemestingsgift naar seizoen). Het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer biedt instrumenten hiervoor.
- Bronbeleid: Provincies en gemeenten dienen streng toezicht te houden op lozingen van bedrijven (bijv. chemische bedrijven in Eemnes) en nieuwe PFAS-bronnen te verbieden. Provincies kunnen waterkwaliteitsdoelen verscherpen en samenwerken met waterschappen om bij verordening maatregelen af te dwingen.
- Samenwerking en toezicht: Waterschappen, gemeenten en provincie moeten geïntegreerd optreden: duidelijke rollen hanteren, een strak monitoringsprogramma opzetten en handhavingscapaciteit uitbreiden. Bijvoorbeeld moeten waterschappen burgerparticipatie en ‘citizen science’ bevorderen om lokale meetnetten uit te bouwen.
Aanbevelingen samengevat: Een integrale aanpak is nodig waarin zowel end-of-pipe-voorzieningen (zuivering, retentie) worden verbeterd als de bronnen (mest, industrie, consument) worden aangepakt. Natuur & Milieu waarschuwt dat zolang niet op bronniveau wordt gehandeld, iedere verbetering slechts dweilen met de kraan open is. Om de KRW-doelen voor 2027 nog te halen, moeten provincie en waterschap nú prioriteit geven aan maatregelen zoals regenwaterafkoppeling, strengere lozingsregels en geavanceerde RWZI-behandeling. Uitstel van maatregelen maakt het herstel van de Eem alleen maar duurder en moeilijker. Subsidie- en stimuleringsprogramma’s (bijvoorbeeld voor afkoppelen of VANG-mestbeleid) kunnen betrokken actoren motiveren actief bij te dragen.
Conclusie
De rivier de Eem kampt met vermesting, chemische verontreiniging en nieuwe microverontreinigingen die de ecologische toestand sterk schaden. Zonder adequaat bron- en eindigericht beleid zullen de KRW-doelen voor 2027 (en verder) niet behaald worden. Dit stuk onderstreept de noodzaak van zowel technische maatregelen aan RWZI’s en rioleringen als gedragsveranderingen bij landbouwers en bewoners. Alleen zo kan de Eem in de komende jaren in goede ecologische én chemische staat worden gebracht.
AANGEVULDE Tabel 1. Belangrijke vervuilende stoffen in het Eem-stroomgebied: bronnen, effecten en mogelijke maatregelen
Stofgroep | Bron(nen) | Effect op milieu en gezondheid | Mogelijke maatregelen | Bron |
---|---|---|---|---|
PFAS | RWZI-effluent, industrie, regenwaterafvoer, riooloverstort | Persistente stoffen, hormoonverstorend, bioaccumulatie, risico’s voor drinkwaterproductie | Bronscheiding, aanvullende zuivering RWZI, bronaanpak industrie, lozingsbeperking | RIVM.nl, UnievanWaterschappen.nl |
Medicijnresten | RWZI-effluent (via huishoudelijk afvalwater) | Verstoring aquatisch leven, antibioticaresistentie | Voorlichting, medicijnfilters in RWZI’s, inzamelcampagnes medicijnen | RIVM.nl, UnievanWaterschappen.nl |
Genverstorende stoffen (EDC’s) | Hormonale geneesmiddelen, plastic-additieven, cosmetica, industriële lozingen, RWZI | Vervrouwelijking van vissen, reproductieproblemen bij waterdieren, hormoonverstorende werking bij mensen (laag bewijsniveau) | Bronaanpak, selectieve verwijdering bij RWZI, productwetgeving, lozingsbeperking | RIVM.nl, Deltares.nl, STOWA.nl |
Nitraat en Fosfaat | Landbouw (mest, kunstmest), riooloverstort, RWZI | Eutrofiëring, zuurstoftekort, algenbloei | Precisielandbouw, bufferzones, minder mestgebruik, aanpak riooloverstorten | Natuurenmilieu.nl, UnievanWaterschappen.nl |
Zware metalen (bijv. zink, lood, koper) | Verkeer, industrie, dakafvoer, RWZI | Toxiciteit voor waterleven, ophoping in sediment | Groene daken, scheiding hemelwater, strengere lozingseisen | RIVM.nl, UnievanWaterschappen.nl |
Microplastics | Cosmetica, synthetische kleding, autobanden, rioolafvoer, RWZI | Opname door waterorganismen, verstoring voedselketen | Filtertechnologie, bewustwordingscampagnes, productverboden | Natuurenmilieu.nl, RIVM.nl |
Pathogenen (zoals E. coli) | Riooloverstort, gemengd rioolstelsel, ongezuiverde lozingen | Gezondheidsrisico’s bij recreatie, risico op infectieziekten | Aanpak overstorten, gescheiden rioolstelsels, noodopvang bij piekbelasting | RIVM.nl, UnievanWaterschappen.nl |
Zout en andere anorganische stoffen | RWZI-effluent, uitspoeling landbouw, industrie | Schade aan zoetwater-ecosystemen, beïnvloeding drinkwaterkwaliteit | Monitoring, lozingsbeheer, beleid op industrieel gebruik | RIVM.nl |
Strontium en metaaladditieven uit supplementen | Medicatie bij osteoporose/artrose (zoals strontiumranelaat), mineralensupplementen | Mogelijke verstoring botstofwisseling bij waterdieren, verhoogde metaalbelasting in oppervlaktewater, onbekende cumulatieve effecten | Aandacht bij toelatingsbeleid supplementen, meetprogramma’s RWZI, bewustwording arts/consument | RIVM.nl, NVWA.nl, Deltares.nl |
🔬 Opmerkingen:
- Strontium wordt in Nederland daadwerkelijk gemeten in RWZI-effluent en op drinkwaterwinlocaties (zie ook Deltares-rapportages en RIWA-Meuse).
- Hoewel strontium niet klassiek toxisch is, kan het bij verhoogde concentraties zorgen voor onbalans in calciumstofwisseling bij aquatische organismen.
- Combinatie-effecten met andere metalen (zoals lood, barium) zijn onvoldoende onderzocht, maar worden als potentieel relevant beschouwd voor KRW2027.
Bronnenlijst
- Rijkswaterstaat (2023). Waterkwaliteit in Nederland – monitoring en beleidsanalyse. Rijkswaterstaat, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
https://www.rijkswaterstaat.nl/water/waterkwaliteit - RIVM (2021). Geneesmiddelen in het milieu – risicobeoordeling en maatregelen. Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu.
https://www.rivm.nl/geneesmiddelen-in-milieu - Waterschap Vallei & Veluwe (2020). Afvalwaterketenstrategie 2020–2030. Apeldoorn.
https://www.vallei-veluwe.nl/ - Natuur & Milieu (2023). Waterkwaliteit in gevaar: landbouw en lozingen als grootste knelpunten.
https://www.natuurenmilieu.nl/themas/waterkwaliteit - Kaderrichtlijn Water (2000/60/EG). Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid.
https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:32000L0060 - Deltares (2020). Microplastics in het aquatisch milieu – overzicht van effecten en emissies.
https://www.deltares.nl/ - STOWA (2019). PFAS in afvalwater en RWZI-effluenten: gedrag, verwijdering en emissies. Stichting Toegepast Onderzoek Waterbeheer.
https://www.stowa.nl/publicaties/pfas-en-afvalwaterketen - Planbureau voor de Leefomgeving (PBL, 2022). Evaluatie waterkwaliteit en KRW-doelstellingen 2022.
https://www.pbl.nl/publicaties/evaluatie-waterkwaliteit - Waterschap Amstel, Gooi en Vecht (2021). Waterkwaliteitsrapportage Eemstroomgebied.
https://www.agv.nl - KWR Water Research Institute (2018). Microverontreinigingen in RWZI-effluenten: verwijdering en verspreiding.
https://www.kwrwater.nl/ - Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM, 2022). Nationale analyse PFAS in oppervlaktewater.
https://www.rivm.nl/pfas - KNMI (2023). Toename van hevige neerslag en invloed op stedelijke afwatering.
https://www.knmi.nl/klimaatscenarios - Deltafact – STOWA / Deltares (2021). Overstort en waterkwaliteit: effecten en beheersmaatregelen.
https://www.deltafacts.nl/factsheets/overstorten - Waterschap Vallei & Veluwe (2024). Projecten waterkwaliteit Eemstroomgebied (RWZI Baarn, Soest).
Interne projectdocumentatie en communicatie. - Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW). Landbouwmaatregelen voor betere waterkwaliteit.
https://agrarischwaterbeheer.nl - Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA). PFAS in de voedselketen en risico’s.
https://www.nvwa.nl/onderwerpen/pfas - PBL (2024). Nederland niet op koers voor KRW 2027 – analyse van de waterdoelen.
https://www.pbl.nl/publicaties